ZiN ... passabiteitsbepaling.
-
- Berichten: 2347
- Lid geworden op: 27 mei 2019, 20:07
- Gender: Trans FtM
- Voornaamwoorden: hij/hem
ZiN ... passabiteitsbepaling.
Ik heb nog wat met het Zorginstituut Nederland gecorrespondeerd.
-
- Berichten: 2347
- Lid geworden op: 27 mei 2019, 20:07
- Gender: Trans FtM
- Voornaamwoorden: hij/hem
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
eerste mail:
Fw: M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plasti
Van:
Aan:
Datum: zaterdag 17 juli 2021 09:47 CEST
Verzonden via Yahoo Mail op Android
----- Doorgestuurd bericht -----
Van: "[email protected]" <[email protected]>
Aan:
Cc:
Verzonden: di, jul. 6, 2021 om 9:31
Onderwerp: M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plasti
Zorginstuut Nederland M2106 0875
Beste heer
Op 30-06-2021 08:16 hee u een vraag gesteld aan Zorginstuut Nederland. In deze e-mail
leest u onze reace.
Uw vraag:
Vraag
Geachte,
Met betrekking tot zorg van plassch chirurgische aard en van kaak-en aangezicht
chirurgische aard voor transgenders vermeldt u op uw website dat "De zorgverzekeraars
gebruiken allemaal dezelfde werkwijzer om individuele aanvragen te beoordelen. Dit
doen zij met de 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-chirurgische
aard'. Dit komt de rechtsgelijkheid tussen verzekerden ten goede."
Dat zorgverzekeraars deze werkwijzer gebruiken en dat het ZiN hieraan steun verleent
door alleen deze werkwijzer te vermelden is merkwaardig aangezien de werkwijzer
onvolledige en misleidende informae bevat. Zo wordt er in de werkwijzer bijvoorbeeld
geen aandacht besteed aan de voorwaarden waaraan de beoordelingsmethode van
passabiliteit moet voldoen, wat het uitgangspunt moet zijn van de beoordeling en
wordt ten onrechte gesteld dat een genderteam in een centrum moet zijn gevesgd. De
VAV werkwijzer is strijdig met de Kwaliteitsstandaard transgenderzorg Somasch. Deze
kwaliteitsstandaard is meer specifiek wat betre de zorg voor transgenders en deze
regeling zou daarom boven de VAV werkwijzer moeten prevaleren wanneer de
werkwijzer in tegenspraak is met de kwaliteitsstandaard : lex specialis deroga legi
generali.
Het ZiN zou dit gegeven, dat de kwaliteitsstandaard prevaleert boven de VAV
werkwijzer, op de website moeten vermelden bij informae over behandelingen voor
transgenders en een link moeten opnemen naar de Kwaliteitsstandaard.
Bent u het hier mee eens?
Zo nee, waarom niet?
Ik geef Zorginstuut Nederland toestemming om mijn contactgegevens te gebruiken
voor een contacevredenheidsonderzoek
Nee
Antwoord:
Hartelijk dank voor uw bericht. Op grond van arkel 2.4, eerste lid, onder b van het
Besluit zorgverzekeringen (Bzv) komt een behandeling van plassch-chirurgische aard
alleen voor vergoeding in aanmerking indien sprake is van verminkingen die het gevolg
zijn van een ziekte, ongeval of geneeskundige verrichng of aantoonbare lichamelijke
funcestoornissen. De voorwaarden uit dit arkel (verminking en lichamelijke
funcestoornis) zijn verder uitgewerkt in de VAV Werkwijzer beoordeling
behandelingen van plassch-chirurgische aard. De werkwijzer dient als leidraad bij het
beoordelen van aanvragen (een verzekeringsindicae) door zorgverzekeraars en
bevordert een eenduidige toepassing van de weelijke voorwaarden door
zorgverzekeraars.
De Kwaliteitsstandaard Transgenderzorg - Somasch hee als doelstelling het
gezamenlijk vaststellen van kwaliteitseisen voor somasche transgenderzorg op basis
van zowel de stand van wetenschap, prakjkervaringen/experse en transgender/cliënt
verwachngen. De kwaliteitsstandaard biedt geen handvaen om te beoordelen of
sprake is van een verminking, een lichamelijke funcestoornis en/of het
passabiliteitsprobleem en kan derhalve niet gebruikt worden bij de beoordeling van de
aanspraak op een behandeling van plassch-chirurgische aard.
U gee aan dat de VAV Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-
chirurgische aard (2019) onvolledige en misleidende informae bevat voor wat betre
de aanspraak op transgenderzorg. De VAV Werkwijzer verwijst echter naar de
standpunten van Zorginstuut Nederland (het Zorginstuut).
In het standpunt van 22 maart 2010 hee het CVZ (nu: het Zorginstuut) aangegeven
hoe een passabiliteitsprobleem vastgesteld wordt. Hierbij merkt het Zorginstuut wel
op dat wij onlangs signalen hebben ontvangen van zorgverzekeraars dat de uiterlijke
kenmerkenlijst, waarmee een passabiliteitsprobleem beoordeeld kan worden, niet
meer wordt gebruikt door zorgaanbieders. Omdat kennelijk zowel zorgaanbieders als
verzekeraars hebben aangegeven dat de uiterlijke kenmerkenlijst in de prakjk niet
goed toepasbaar blijkt (niet valide) wordt deze niet meer als hulpmiddel voor het
beoordelen van een indicae gebruikt. Het beoordelingskader moet daarom aangepast
worden. Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de VAV Werkgroep plassche chirurgie zijn
hiermee bezig in samenwerking met het Zorginstuut.
In het standpunt van 25 maart 2008 en in meerdere adviezen in SKGZ geschillen hee
het Zorginstuut aangegeven dat esseneel bij een transgender-behandeling is dat er
een duidelijke regie is gedurende het gehele behandeltraject. Het is immers een
ingrijpend traject dat aljd muldisciplinaire samenwerking vereist. Conform de

internaonale richtlijn, de Standard of Care (SOC) van de World Professional Associaon
of Transgender Health (WPATH) moet bij de behandeling en indicaestelling sprake zijn
van de centrale regie van een deskundige psychiater/psycholoog. Een geprotocolleerde
behandeling door een genderteam in een gespecialiseerd centrum gee hiertoe
garane, echter voor een goede regie is niet per definie samenwerking in één centrum
noodzakelijk.
De standpunten van het Zorginstuut m.b.t. transgenderzorg zijn nog steeds geldend:
- Zorg aan transgender personen behoort grotendeels tot het terrein van de Zvw en
deels tot het terrein van de Wlz en de Wmo
- Zorg in verband met transseksualiteit (die niet in een gespecialiseerd centrum wordt
verricht) moet voldoen aan de internaonale richtlijn en onder regie staan van een
deskundige psychiater/psycholoog
Hopende u hiermee voldoende te hebben geinformeerd.
Fw: M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plasti
Van:
Aan:
Datum: zaterdag 17 juli 2021 09:47 CEST
Verzonden via Yahoo Mail op Android
----- Doorgestuurd bericht -----
Van: "[email protected]" <[email protected]>
Aan:
Cc:
Verzonden: di, jul. 6, 2021 om 9:31
Onderwerp: M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plasti
Zorginstuut Nederland M2106 0875
Beste heer
Op 30-06-2021 08:16 hee u een vraag gesteld aan Zorginstuut Nederland. In deze e-mail
leest u onze reace.
Uw vraag:
Vraag
Geachte,
Met betrekking tot zorg van plassch chirurgische aard en van kaak-en aangezicht
chirurgische aard voor transgenders vermeldt u op uw website dat "De zorgverzekeraars
gebruiken allemaal dezelfde werkwijzer om individuele aanvragen te beoordelen. Dit
doen zij met de 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-chirurgische
aard'. Dit komt de rechtsgelijkheid tussen verzekerden ten goede."
Dat zorgverzekeraars deze werkwijzer gebruiken en dat het ZiN hieraan steun verleent
door alleen deze werkwijzer te vermelden is merkwaardig aangezien de werkwijzer
onvolledige en misleidende informae bevat. Zo wordt er in de werkwijzer bijvoorbeeld
geen aandacht besteed aan de voorwaarden waaraan de beoordelingsmethode van
passabiliteit moet voldoen, wat het uitgangspunt moet zijn van de beoordeling en
wordt ten onrechte gesteld dat een genderteam in een centrum moet zijn gevesgd. De
VAV werkwijzer is strijdig met de Kwaliteitsstandaard transgenderzorg Somasch. Deze
kwaliteitsstandaard is meer specifiek wat betre de zorg voor transgenders en deze
regeling zou daarom boven de VAV werkwijzer moeten prevaleren wanneer de
werkwijzer in tegenspraak is met de kwaliteitsstandaard : lex specialis deroga legi
generali.
Het ZiN zou dit gegeven, dat de kwaliteitsstandaard prevaleert boven de VAV
werkwijzer, op de website moeten vermelden bij informae over behandelingen voor
transgenders en een link moeten opnemen naar de Kwaliteitsstandaard.
Bent u het hier mee eens?
Zo nee, waarom niet?
Ik geef Zorginstuut Nederland toestemming om mijn contactgegevens te gebruiken
voor een contacevredenheidsonderzoek
Nee
Antwoord:
Hartelijk dank voor uw bericht. Op grond van arkel 2.4, eerste lid, onder b van het
Besluit zorgverzekeringen (Bzv) komt een behandeling van plassch-chirurgische aard
alleen voor vergoeding in aanmerking indien sprake is van verminkingen die het gevolg
zijn van een ziekte, ongeval of geneeskundige verrichng of aantoonbare lichamelijke
funcestoornissen. De voorwaarden uit dit arkel (verminking en lichamelijke
funcestoornis) zijn verder uitgewerkt in de VAV Werkwijzer beoordeling
behandelingen van plassch-chirurgische aard. De werkwijzer dient als leidraad bij het
beoordelen van aanvragen (een verzekeringsindicae) door zorgverzekeraars en
bevordert een eenduidige toepassing van de weelijke voorwaarden door
zorgverzekeraars.
De Kwaliteitsstandaard Transgenderzorg - Somasch hee als doelstelling het
gezamenlijk vaststellen van kwaliteitseisen voor somasche transgenderzorg op basis
van zowel de stand van wetenschap, prakjkervaringen/experse en transgender/cliënt
verwachngen. De kwaliteitsstandaard biedt geen handvaen om te beoordelen of
sprake is van een verminking, een lichamelijke funcestoornis en/of het
passabiliteitsprobleem en kan derhalve niet gebruikt worden bij de beoordeling van de
aanspraak op een behandeling van plassch-chirurgische aard.
U gee aan dat de VAV Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-
chirurgische aard (2019) onvolledige en misleidende informae bevat voor wat betre
de aanspraak op transgenderzorg. De VAV Werkwijzer verwijst echter naar de
standpunten van Zorginstuut Nederland (het Zorginstuut).
In het standpunt van 22 maart 2010 hee het CVZ (nu: het Zorginstuut) aangegeven
hoe een passabiliteitsprobleem vastgesteld wordt. Hierbij merkt het Zorginstuut wel
op dat wij onlangs signalen hebben ontvangen van zorgverzekeraars dat de uiterlijke
kenmerkenlijst, waarmee een passabiliteitsprobleem beoordeeld kan worden, niet
meer wordt gebruikt door zorgaanbieders. Omdat kennelijk zowel zorgaanbieders als
verzekeraars hebben aangegeven dat de uiterlijke kenmerkenlijst in de prakjk niet
goed toepasbaar blijkt (niet valide) wordt deze niet meer als hulpmiddel voor het
beoordelen van een indicae gebruikt. Het beoordelingskader moet daarom aangepast
worden. Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de VAV Werkgroep plassche chirurgie zijn
hiermee bezig in samenwerking met het Zorginstuut.
In het standpunt van 25 maart 2008 en in meerdere adviezen in SKGZ geschillen hee
het Zorginstuut aangegeven dat esseneel bij een transgender-behandeling is dat er
een duidelijke regie is gedurende het gehele behandeltraject. Het is immers een
ingrijpend traject dat aljd muldisciplinaire samenwerking vereist. Conform de

internaonale richtlijn, de Standard of Care (SOC) van de World Professional Associaon
of Transgender Health (WPATH) moet bij de behandeling en indicaestelling sprake zijn
van de centrale regie van een deskundige psychiater/psycholoog. Een geprotocolleerde
behandeling door een genderteam in een gespecialiseerd centrum gee hiertoe
garane, echter voor een goede regie is niet per definie samenwerking in één centrum
noodzakelijk.
De standpunten van het Zorginstuut m.b.t. transgenderzorg zijn nog steeds geldend:
- Zorg aan transgender personen behoort grotendeels tot het terrein van de Zvw en
deels tot het terrein van de Wlz en de Wmo
- Zorg in verband met transseksualiteit (die niet in een gespecialiseerd centrum wordt
verricht) moet voldoen aan de internaonale richtlijn en onder regie staan van een
deskundige psychiater/psycholoog
Hopende u hiermee voldoende te hebben geinformeerd.
-
- Berichten: 2347
- Lid geworden op: 27 mei 2019, 20:07
- Gender: Trans FtM
- Voornaamwoorden: hij/hem
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
mail nummer twee:
M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plastisch-chirurgische aard' -
Vraag afgehandeld
Van: [email protected]
Aan:
Datum: vrijdag 16 juli 2021 12:01 CEST
Zorginstuut Nederland M2106 0875
Beste heer
Op 30-06-2021 08:16 hee u een vraag gesteld aan Zorginstuut Nederland. In deze e-mail
leest u onze reace.
Uw vraag:
Vraag
Geachte,
Met betrekking tot zorg van plassch chirurgische aard en van kaak-en aangezicht
chirurgische aard voor transgenders vermeldt u op uw website dat "De zorgverzekeraars
gebruiken allemaal dezelfde werkwijzer om individuele aanvragen te beoordelen. Dit doen
zij met de 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-chirurgische aard'. Dit
komt de rechtsgelijkheid tussen verzekerden ten goede."
Dat zorgverzekeraars deze werkwijzer gebruiken en dat het ZiN hieraan steun verleent door
alleen deze werkwijzer te vermelden is merkwaardig aangezien de werkwijzer onvolledige
en misleidende informae bevat. Zo wordt er in de werkwijzer bijvoorbeeld geen aandacht
besteed aan de voorwaarden waaraan de beoordelingsmethode van passabiliteit moet
voldoen, wat het uitgangspunt moet zijn van de beoordeling en wordt ten onrechte gesteld
dat een genderteam in een centrum moet zijn gevesgd. De VAV werkwijzer is strijdig met
de Kwaliteitsstandaard transgenderzorg Somasch. Deze kwaliteitsstandaard is meer
specifiek wat betre de zorg voor transgenders en deze regeling zou daarom boven de VAV
werkwijzer moeten prevaleren wanneer de werkwijzer in tegenspraak is met de
kwaliteitsstandaard : lex specialis deroga legi generali.
Het ZiN zou dit gegeven, dat de kwaliteitsstandaard prevaleert boven de VAV werkwijzer,
op de website moeten vermelden bij informae over behandelingen voor transgenders en
een link moeten opnemen naar de Kwaliteitsstandaard.
Bent u het hier mee eens?
Zo nee, waarom niet?
17-7-2021
Yahoo Mail - M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plastisch-chirurgische aard' - Vraag afgehandeld
2/3
Ik geef Zorginstuut Nederland toestemming om mijn contactgegevens te gebruiken voor
een contacevredenheidsonderzoek
Nee
Antwoord:
Hartelijk dank voor uw reace. Het VUmc transgenderteam hee aangegeven dat de
uiterlijke kenmerkenlijst in de prakjk niet gebruikt wordt zoals inderjd voorgesteld. Dit is
een zeer relevant signaal omdat het VUmc de uiterlijke kenmerkenlijst ook hee opgesteld
en het VUmc een van de belangrijkste zorgaanbieders op dit gebied is. Ook zijn sinds de
ingang van het standpunt in 2010 geen pogingen gedaan om de lijst te valideren. Het is dus
een belangrijke zorgaanbieder die hee voorgesteld om de uiterlijke kenmerkenlijst niet
meer te gebruiken en niet de zorgverzekeraars. Zorgverzekeraars hebben het signaal
serieus genomen en zijn in overleg gegaan met de zorgaanbieder om te komen tot
afspraken hoe vast te stellen of er een passabiliteitsprobleem is.
Voor het beoordelen van de aanspraak op transgenderzorg gaat het om de vraag of sprake
is van een passabiliteitsprobleem. De uiterlijke kenmerkenlijst werd gebruikt als hulpmiddel
om vast te stellen of er een passabiliteitsprobleem is. Met het afschaffen van de
uiterlijke kenmerkenlijst blij het criterium ‘passabiliteitsprobleem’ bestaan. Nu de uiterlijk
kenmerkenlijst niet meer gebruikt wordt en het nieuwe beoordelingskader nog in
ontwikkeling is, is het Zorginstuut van mening dat in de tussenjd de movering door de
behandelaar in de aanvraag, ondersteund met beeldmateriaal, als uitgangspunt moet
worden genomen voor het vaststellen van een passabiliteitsprobleem. Bij voorkeur wordt
in de aanvraag duidelijk omschreven waarom sprake is van een passabiliteitsprobleem bij
de verzekerde, wat het probleem veroorzaakt en op welke manier de aangevraagde
ingreep of ingrepen zullen leiden tot verbetering van het pasabiliteitsprobleem. De
gelaatskenmerken waar het voornamelijk om draait zijn kin, neus, kaak/kaaklijn en
voorhoofd.
Als u nog vragen of opmerkingen hee, kunt u binnen 7 dagen reageren door deze e-mail te
beantwoorden. Daarna sluiten wij de melding
M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plastisch-chirurgische aard' -
Vraag afgehandeld
Van: [email protected]
Aan:
Datum: vrijdag 16 juli 2021 12:01 CEST
Zorginstuut Nederland M2106 0875
Beste heer
Op 30-06-2021 08:16 hee u een vraag gesteld aan Zorginstuut Nederland. In deze e-mail
leest u onze reace.
Uw vraag:
Vraag
Geachte,
Met betrekking tot zorg van plassch chirurgische aard en van kaak-en aangezicht
chirurgische aard voor transgenders vermeldt u op uw website dat "De zorgverzekeraars
gebruiken allemaal dezelfde werkwijzer om individuele aanvragen te beoordelen. Dit doen
zij met de 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plassch-chirurgische aard'. Dit
komt de rechtsgelijkheid tussen verzekerden ten goede."
Dat zorgverzekeraars deze werkwijzer gebruiken en dat het ZiN hieraan steun verleent door
alleen deze werkwijzer te vermelden is merkwaardig aangezien de werkwijzer onvolledige
en misleidende informae bevat. Zo wordt er in de werkwijzer bijvoorbeeld geen aandacht
besteed aan de voorwaarden waaraan de beoordelingsmethode van passabiliteit moet
voldoen, wat het uitgangspunt moet zijn van de beoordeling en wordt ten onrechte gesteld
dat een genderteam in een centrum moet zijn gevesgd. De VAV werkwijzer is strijdig met
de Kwaliteitsstandaard transgenderzorg Somasch. Deze kwaliteitsstandaard is meer
specifiek wat betre de zorg voor transgenders en deze regeling zou daarom boven de VAV
werkwijzer moeten prevaleren wanneer de werkwijzer in tegenspraak is met de
kwaliteitsstandaard : lex specialis deroga legi generali.
Het ZiN zou dit gegeven, dat de kwaliteitsstandaard prevaleert boven de VAV werkwijzer,
op de website moeten vermelden bij informae over behandelingen voor transgenders en
een link moeten opnemen naar de Kwaliteitsstandaard.
Bent u het hier mee eens?
Zo nee, waarom niet?
17-7-2021
Yahoo Mail - M2106 0875: 'Werkwijzer beoordeling behandelingen van plastisch-chirurgische aard' - Vraag afgehandeld
2/3
Ik geef Zorginstuut Nederland toestemming om mijn contactgegevens te gebruiken voor
een contacevredenheidsonderzoek
Nee
Antwoord:
Hartelijk dank voor uw reace. Het VUmc transgenderteam hee aangegeven dat de
uiterlijke kenmerkenlijst in de prakjk niet gebruikt wordt zoals inderjd voorgesteld. Dit is
een zeer relevant signaal omdat het VUmc de uiterlijke kenmerkenlijst ook hee opgesteld
en het VUmc een van de belangrijkste zorgaanbieders op dit gebied is. Ook zijn sinds de
ingang van het standpunt in 2010 geen pogingen gedaan om de lijst te valideren. Het is dus
een belangrijke zorgaanbieder die hee voorgesteld om de uiterlijke kenmerkenlijst niet
meer te gebruiken en niet de zorgverzekeraars. Zorgverzekeraars hebben het signaal
serieus genomen en zijn in overleg gegaan met de zorgaanbieder om te komen tot
afspraken hoe vast te stellen of er een passabiliteitsprobleem is.
Voor het beoordelen van de aanspraak op transgenderzorg gaat het om de vraag of sprake
is van een passabiliteitsprobleem. De uiterlijke kenmerkenlijst werd gebruikt als hulpmiddel
om vast te stellen of er een passabiliteitsprobleem is. Met het afschaffen van de
uiterlijke kenmerkenlijst blij het criterium ‘passabiliteitsprobleem’ bestaan. Nu de uiterlijk
kenmerkenlijst niet meer gebruikt wordt en het nieuwe beoordelingskader nog in
ontwikkeling is, is het Zorginstuut van mening dat in de tussenjd de movering door de
behandelaar in de aanvraag, ondersteund met beeldmateriaal, als uitgangspunt moet
worden genomen voor het vaststellen van een passabiliteitsprobleem. Bij voorkeur wordt
in de aanvraag duidelijk omschreven waarom sprake is van een passabiliteitsprobleem bij
de verzekerde, wat het probleem veroorzaakt en op welke manier de aangevraagde
ingreep of ingrepen zullen leiden tot verbetering van het pasabiliteitsprobleem. De
gelaatskenmerken waar het voornamelijk om draait zijn kin, neus, kaak/kaaklijn en
voorhoofd.
Als u nog vragen of opmerkingen hee, kunt u binnen 7 dagen reageren door deze e-mail te
beantwoorden. Daarna sluiten wij de melding
-
- Berichten: 2347
- Lid geworden op: 27 mei 2019, 20:07
- Gender: Trans FtM
- Voornaamwoorden: hij/hem
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
wat ik hier van vind:
Bij verdere navraag vertelt het ZiN dat het niet de Zorgverzekeraars zijn die signalen hebben doorgegeven maar dat een zorgaanbieder een signaal heeft afgegeven: het VUMC houdt zich in de praktijk niet aan de cvz uitspraak 2010
( dit schijnt recent te zijn en valt mogelijk samen met toevoeging van Brigitte Meijer aan het genderteam.. haar aanvragen voor vergoeding worden sindsdien ook niet meer klakkeloos vergoed door zorgverzekeraars)
Er is geen nieuwe methode ontwikkeld door het VUMC. Het VUMC heeft ook geen pogingen gedaan om de oude methode te valideren. Het VUMC zou een kenniscentrum zijn maar blijkbaar ontwikkelt het VUMC geen kennis op het gebied van passabiliteitsbepalingen. (Anderen hebben wel studies gepubliceerd op het gebied van bepaling van faciale sexuele dimorfie het is niet zo dat er geen weteschappelijke ontwikkelingen zijn op dit gebied in de wereld.) Toch gaan zorgverzekeraars nu samen met het VUMC een nieuwe methode ontwikkelen?
Dat zorgverzekeraars de hand krijgen in het maken van een methode die passabiliteit objectief moet vaststellen lijkt me niet te voldoen aan het idee van scheiding van machten of van objectiviteit. Verzekeraars zijn geen wetenschappers. Zorgverzekeraars zijn geen wetenschappers en zijn geen kennisinstituut op het gebied van passabiliteit van transgenders dus waarom het VUMC de samenwerking met zorgverzekeraars verkiest naast of boven samenwerking met wetenschappers van buiten VUMC met kennis van het onderwerp lijkt me onhelder en dubieus. Dat het VUMC ermee akkoord gaat dat verzekeraars meebeslissen over de te ontwikkelen nieuwe werkwijze lijkt me een teken dat het VUMC zelf ook niet erg helder voor ogen heeft wat hun rol is.
Het ZiN heeft wel besloten, ondanks dat er geen nieuwe kennis is ontwikkeld door VUMC en er geen nieuwe methode voor passabiliteitsbepaling klaar ligt, dat dit het beste moment is om een nieuwe werkwijze te ontwikkelen. En de methode die er ligt alvast maar lost te laten.
Er ligt nog geen nieuwe, betere, gevalideerde methode voor passbiliteitsbepaling en er is geen nieuwe ZiN uitspraak na die van CVZ 2010 toch lijkt het ZiN te zeggen dat zorgverzekeraars zich niet meer aan CVZ 2010 hoeven te houden?
Van een verandering van de methode ten opzichte van die van CVZ 2010, die zorgverzekeraars en zorgaanbieders zouden mogen hanteren, zijn zorgaanbieders, uitgezonderd het VUMC genderteam en eventueel UMCG genderteam en Radboud genderteam, niet op de hoogte.
In plaats van CVZ 2010 stelt ZiN nu een onduidelijk niet toetsbaar, nog minder meetbaar, en indien vastgelegd in een ZiN uitspraak, juridisch niet aanvechtbaare methode aangeraden aan zorgverzekeraars: baseer u op het oordeel en de onderbouwing van de arts en op ondersteunend beeldmateriaal.
In de praktijk betekent dit dat zorgverzekeraars altijd zullen kunnen afwijzen en dat verzekerden voor de rechtbank geen kans maken dit besluit aan te vechten. Hoe kan de verzekerde aantonen dat de verzekeraar niet het oordeel van de arts als uitgangspunt heeft genomen en op basis van het beeldmateriaal onterecht heeft geconcludeerd dat er geen sprake is van een passabiliteitsprobleem?
Verzekeraars lijken tegenwoordig hun medische adviseurs de foto's van transgenders in teamvergaderingen samen te bekijken en dan een gezamelijke mening vast te leggen, zonder verdere onderbouwing, zonder methodiek en zonder dat dit kan worden getoetst. Er is spake van volledige willekeur en volledige zeggenschap aan de kant van de verzekeraar.
Er zijn onlangs twee rechtszaken gewonnen door transgenders waarbij de zorgverzekeraars de zaak verloren omdat zij niet de methode conform de CVZ uitspraak 2010 hanteerden. Dat deze methode nu wordt losgelaten door VUMC en vervolgens door ZiN (zonder dat er al iets beters ligt) lijkt gunstig voor zorgverzekeraars ,die deze methode zelf ook niet hanteerden maar daardoor deze rechtszaken verloren.
Transgenders die niet aan werk kunnen komen of aan het werk kunnen blijven omdat zij niet passabel zijn worden dubbel hard geraakt. Zij kunnen de behandelingen niet zelf betalen. Maar zij kunnen zolang ze niet passabel zijn geen werk vinden. Als ze werken kan het zijn dat het niet passabel zijn voor meer pesten en daardoor voor meer psychische belasting en daardoor voor uitval, depressieve klachten en ziekteverzuim zorgt. Zij zitten in een onoplosbare uitzichtloze situatie als het niet mogelijk is om onterechte afwijzingen van vergoeding voor passabiliteitschirurgie aan het gezicht met succes aan te vechten.
De manier waarop het ZiN nu te werk gaat, het (onofficieel?) loslaten van een methode, na een signaal van slechts één zorgaanbieder (die geen nieuwe kennis heeft ontwikkeld op dit gebied), zonder communicatie of overleg met de rest van het veld, zonder dat er een verbeterde methode is, en overgang naar volledige willekeur waarbij zeggenschap zonder toetsbaar of aanvechtbaar te zijn volledig in handen ligt van zorgverzekeraars, is slecht voor de verzekerde transgenders, en voor de maatschappij in bredere zin omdat niet passabele transgenders onevenredig veel psychische belasting ervaren, daardoor meer ziektekosten (GGZ, fysieke ziekten door chronische stress) maken, en moeilijk aan werk kunnen komen.
De gang van zaken waarbij het VUMC als enige vertegenwoordiger, als zorgaanbieder, naast en gezamenlijk met, zorgverzekeraars bepaalt hoe een passabiliteitsbepaling dient te gebeuren in Nederland, hoewel VUMC geen medisch of enig ander onderzoek doet op het gebied van passabiliteit van transgenders of seksuele dimorfie van het gelaat, is onwetenschappelijk en zorgt voor onvoldoende scheiding tussen de machten (zorgverleners versus zorgverzekeraar versus verzekerde).
Bij verdere navraag vertelt het ZiN dat het niet de Zorgverzekeraars zijn die signalen hebben doorgegeven maar dat een zorgaanbieder een signaal heeft afgegeven: het VUMC houdt zich in de praktijk niet aan de cvz uitspraak 2010
( dit schijnt recent te zijn en valt mogelijk samen met toevoeging van Brigitte Meijer aan het genderteam.. haar aanvragen voor vergoeding worden sindsdien ook niet meer klakkeloos vergoed door zorgverzekeraars)
Er is geen nieuwe methode ontwikkeld door het VUMC. Het VUMC heeft ook geen pogingen gedaan om de oude methode te valideren. Het VUMC zou een kenniscentrum zijn maar blijkbaar ontwikkelt het VUMC geen kennis op het gebied van passabiliteitsbepalingen. (Anderen hebben wel studies gepubliceerd op het gebied van bepaling van faciale sexuele dimorfie het is niet zo dat er geen weteschappelijke ontwikkelingen zijn op dit gebied in de wereld.) Toch gaan zorgverzekeraars nu samen met het VUMC een nieuwe methode ontwikkelen?
Dat zorgverzekeraars de hand krijgen in het maken van een methode die passabiliteit objectief moet vaststellen lijkt me niet te voldoen aan het idee van scheiding van machten of van objectiviteit. Verzekeraars zijn geen wetenschappers. Zorgverzekeraars zijn geen wetenschappers en zijn geen kennisinstituut op het gebied van passabiliteit van transgenders dus waarom het VUMC de samenwerking met zorgverzekeraars verkiest naast of boven samenwerking met wetenschappers van buiten VUMC met kennis van het onderwerp lijkt me onhelder en dubieus. Dat het VUMC ermee akkoord gaat dat verzekeraars meebeslissen over de te ontwikkelen nieuwe werkwijze lijkt me een teken dat het VUMC zelf ook niet erg helder voor ogen heeft wat hun rol is.
Het ZiN heeft wel besloten, ondanks dat er geen nieuwe kennis is ontwikkeld door VUMC en er geen nieuwe methode voor passabiliteitsbepaling klaar ligt, dat dit het beste moment is om een nieuwe werkwijze te ontwikkelen. En de methode die er ligt alvast maar lost te laten.
Er ligt nog geen nieuwe, betere, gevalideerde methode voor passbiliteitsbepaling en er is geen nieuwe ZiN uitspraak na die van CVZ 2010 toch lijkt het ZiN te zeggen dat zorgverzekeraars zich niet meer aan CVZ 2010 hoeven te houden?
Van een verandering van de methode ten opzichte van die van CVZ 2010, die zorgverzekeraars en zorgaanbieders zouden mogen hanteren, zijn zorgaanbieders, uitgezonderd het VUMC genderteam en eventueel UMCG genderteam en Radboud genderteam, niet op de hoogte.
In plaats van CVZ 2010 stelt ZiN nu een onduidelijk niet toetsbaar, nog minder meetbaar, en indien vastgelegd in een ZiN uitspraak, juridisch niet aanvechtbaare methode aangeraden aan zorgverzekeraars: baseer u op het oordeel en de onderbouwing van de arts en op ondersteunend beeldmateriaal.
In de praktijk betekent dit dat zorgverzekeraars altijd zullen kunnen afwijzen en dat verzekerden voor de rechtbank geen kans maken dit besluit aan te vechten. Hoe kan de verzekerde aantonen dat de verzekeraar niet het oordeel van de arts als uitgangspunt heeft genomen en op basis van het beeldmateriaal onterecht heeft geconcludeerd dat er geen sprake is van een passabiliteitsprobleem?
Verzekeraars lijken tegenwoordig hun medische adviseurs de foto's van transgenders in teamvergaderingen samen te bekijken en dan een gezamelijke mening vast te leggen, zonder verdere onderbouwing, zonder methodiek en zonder dat dit kan worden getoetst. Er is spake van volledige willekeur en volledige zeggenschap aan de kant van de verzekeraar.
Er zijn onlangs twee rechtszaken gewonnen door transgenders waarbij de zorgverzekeraars de zaak verloren omdat zij niet de methode conform de CVZ uitspraak 2010 hanteerden. Dat deze methode nu wordt losgelaten door VUMC en vervolgens door ZiN (zonder dat er al iets beters ligt) lijkt gunstig voor zorgverzekeraars ,die deze methode zelf ook niet hanteerden maar daardoor deze rechtszaken verloren.
Transgenders die niet aan werk kunnen komen of aan het werk kunnen blijven omdat zij niet passabel zijn worden dubbel hard geraakt. Zij kunnen de behandelingen niet zelf betalen. Maar zij kunnen zolang ze niet passabel zijn geen werk vinden. Als ze werken kan het zijn dat het niet passabel zijn voor meer pesten en daardoor voor meer psychische belasting en daardoor voor uitval, depressieve klachten en ziekteverzuim zorgt. Zij zitten in een onoplosbare uitzichtloze situatie als het niet mogelijk is om onterechte afwijzingen van vergoeding voor passabiliteitschirurgie aan het gezicht met succes aan te vechten.
De manier waarop het ZiN nu te werk gaat, het (onofficieel?) loslaten van een methode, na een signaal van slechts één zorgaanbieder (die geen nieuwe kennis heeft ontwikkeld op dit gebied), zonder communicatie of overleg met de rest van het veld, zonder dat er een verbeterde methode is, en overgang naar volledige willekeur waarbij zeggenschap zonder toetsbaar of aanvechtbaar te zijn volledig in handen ligt van zorgverzekeraars, is slecht voor de verzekerde transgenders, en voor de maatschappij in bredere zin omdat niet passabele transgenders onevenredig veel psychische belasting ervaren, daardoor meer ziektekosten (GGZ, fysieke ziekten door chronische stress) maken, en moeilijk aan werk kunnen komen.
De gang van zaken waarbij het VUMC als enige vertegenwoordiger, als zorgaanbieder, naast en gezamenlijk met, zorgverzekeraars bepaalt hoe een passabiliteitsbepaling dient te gebeuren in Nederland, hoewel VUMC geen medisch of enig ander onderzoek doet op het gebied van passabiliteit van transgenders of seksuele dimorfie van het gelaat, is onwetenschappelijk en zorgt voor onvoldoende scheiding tussen de machten (zorgverleners versus zorgverzekeraar versus verzekerde).
-
- Berichten: 475
- Lid geworden op: 08 dec 2020, 23:52
- Gender: Vrouw
- Voornaamwoorden: zij/haar
- Locatie: Den Haag
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
Bedankt voor het delen; dit is zeker een interessante ontwikkeling (in de negatieve zin dan uiteraard), maar moet wel zeggen dat iig nu wordt toegegeven dat de huidige situatie ook niet werkt!
Helemaal mee eens dat als er geen vaste onderbouwde regelgeving is, het erg subjectief blijft en het gevaar voor onterechte afwijzingen groter wordt.
Wat er nu gezegd wordt:
de motivering door de behandelaar in de aanvraag, ondersteund met beeldmateriaal, als uitgangspunt moet worden genomen voor het vaststellen van een passabiliteitsprobleem. Bij voorkeur wordt in de aanvraag duidelijk omschreven waarom sprake is van een passabiliteitsprobleem bij de verzekerde, wat het probleem veroorzaakt en op welke manier de aangevraagde ingreep of ingrepen zullen leiden tot verbetering van het pasabiliteitsprobleem
Dit is lastig en oneerlijk; ik ben zelf wel in staat om vele A4-tjes vol te kalken met termen, problemen, oplossingen, situaties en er een compleet waterdicht pleidooi van te maken, maar veel mensen kunnen dit niet en ik betwijfel of de behandelaar/arts hier de tijd voor kan nemen. Er moet dus een simpelere (wetenschappelijk onderbouwde) toetsing komen idd. Daarentegen (als ik het tenminste goed begreep) ben ik wel blij dat ze de regels zodanig aanpassen dat dit niet meer onder de "ernstige verminkingen" categorie wordt ingedeeld!
Helemaal mee eens dat als er geen vaste onderbouwde regelgeving is, het erg subjectief blijft en het gevaar voor onterechte afwijzingen groter wordt.
Wat er nu gezegd wordt:
de motivering door de behandelaar in de aanvraag, ondersteund met beeldmateriaal, als uitgangspunt moet worden genomen voor het vaststellen van een passabiliteitsprobleem. Bij voorkeur wordt in de aanvraag duidelijk omschreven waarom sprake is van een passabiliteitsprobleem bij de verzekerde, wat het probleem veroorzaakt en op welke manier de aangevraagde ingreep of ingrepen zullen leiden tot verbetering van het pasabiliteitsprobleem
Dit is lastig en oneerlijk; ik ben zelf wel in staat om vele A4-tjes vol te kalken met termen, problemen, oplossingen, situaties en er een compleet waterdicht pleidooi van te maken, maar veel mensen kunnen dit niet en ik betwijfel of de behandelaar/arts hier de tijd voor kan nemen. Er moet dus een simpelere (wetenschappelijk onderbouwde) toetsing komen idd. Daarentegen (als ik het tenminste goed begreep) ben ik wel blij dat ze de regels zodanig aanpassen dat dit niet meer onder de "ernstige verminkingen" categorie wordt ingedeeld!
-
- Berichten: 405
- Lid geworden op: 07 mar 2016, 14:19
- Gender: Man
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
Misschien moeten ze maar met AI gaan werken: https://www.hownormalami.eu/
(Het programma geeft op enig moment in percentages aan hoe mannelijk of vrouwelijk je gezicht zou zijn).
(Het programma geeft op enig moment in percentages aan hoe mannelijk of vrouwelijk je gezicht zou zijn).
-
- Berichten: 475
- Lid geworden op: 08 dec 2020, 23:52
- Gender: Vrouw
- Voornaamwoorden: zij/haar
- Locatie: Den Haag
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
Maar AI moet worden "getrained" met of datasets of mensen. Het is ook algemeen bekend dat deze datasets of mensen een "bias" hebben.
En in hoeverre kan passabiliteit beïnvloed worden door mode? Vrouwen met mannelijke kaaklijnen die nu "in" zijn b.v.
En in hoeverre kan passabiliteit beïnvloed worden door mode? Vrouwen met mannelijke kaaklijnen die nu "in" zijn b.v.
-
- Berichten: 405
- Lid geworden op: 07 mar 2016, 14:19
- Gender: Man
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
Inderdaad, dan krijg je die weer. En dus doen ze het pas goed wanneer ze alles vergoeden. De gelegenheid maakt in dezen wel een beetje de ‘dief’: je komt met enige regelmaat in dit vraatzuchttijdperk biologische mannen tegen met een softe kaaklijn, weinig geprononceerde kin, nauwelijks zichtbare adamsappel; die komen überhaupt niet in aanmerking voor een vergoeding, want: bio-man en dus cosmetische verfraaiing ergo zelf dokken.
Het onderscheid tussen passabel en cosmetische verfraaiing is voor een transman nou net heel makkelijk te maken: met gezichtsbeharing zul je van voren in ieder geval nooit meer ‘gemevrouwd’ worden. Nul algoritmes nodig. Deze kruistocht der zorgverzekeraars is dan ook een beetje kinderachtig.
Het onderscheid tussen passabel en cosmetische verfraaiing is voor een transman nou net heel makkelijk te maken: met gezichtsbeharing zul je van voren in ieder geval nooit meer ‘gemevrouwd’ worden. Nul algoritmes nodig. Deze kruistocht der zorgverzekeraars is dan ook een beetje kinderachtig.
-
- Berichten: 475
- Lid geworden op: 08 dec 2020, 23:52
- Gender: Vrouw
- Voornaamwoorden: zij/haar
- Locatie: Den Haag
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
P.S. ik heb 'm toch net maar geprobeerd ... eerste keer was de algoritme heel zeker dat ik een vrouw was, ging daarna twijfelen, toen rondom de 50% om toch uiteindelijk (net) op man te komen. Maar de tweede keer proberen bleef ik veel meer in het vrouw gedeelte (60%-80%) en werd ik gezien als een vrouw! Oh en een compliment van de computer: ik werd 10 jaar (!) jonger ingeschat En wie lacht er nou niet bij het zien van een hond met een feestmuts op?Citizen Erased schreef: ↑18 jul 2021, 10:32 Misschien moeten ze maar met AI gaan werken: https://www.hownormalami.eu/
(Het programma geeft op enig moment in percentages aan hoe mannelijk of vrouwelijk je gezicht zou zijn).
En een goed punt dat wordt gemaakt en ik vaker heb gehoord (zit zelf niet direct in de AI, maar heb genoeg collega's die dit wel doen), zwarte/donkere gezichten worden meestal niet herkend! Dit komt gedeeltelijk door het contrast, maar ook door "witte" training datasets die gebruikt worden, of zelfs de achtergrond van de ontwerpers van een algoritme (meestal niet bewust).
Wel interessant:
https://pace.coe.int/en/files/28715
https://pace.coe.int/pdf/afacbf21374dd1 ... 015151.pdf
-
- Berichten: 2347
- Lid geworden op: 27 mei 2019, 20:07
- Gender: Trans FtM
- Voornaamwoorden: hij/hem
Re: ZiN ... passabiteitsbepaling.
interessant ivm de status van Vumc...
" Legitimacy
Throughout the history of social thought, it has been recognized that people can
exercise influence over others by possessing power. Power is the ability to shape
the gains and losses of others either by threatening or using coercion to deter
undesired behavior or by promising rewards to promote desired behavior. A core
aspect of social dynamics, therefore, is that power provides a means to shape
behavior with the consequence that, as an early social theorist noted, “The strong
do what they will, the weak endure what they must” (Thucydides 1982, p. 351),
or as a recent political leader, Mao Tse-Tung, opined, “Political power grows out
of the barrel of a gun.” The argument that behavior in social settings is linked to
the ability to reward and punish is not only central to psychological theories, but
is also influential in political science, sociology, and economics as well as in law,
public policy, and management.
While accepting the realities of power in social life, early social theorists—
including Aristotle and Plato—also recognized that seeking to gain influence over
others based solely on the possession of power is costly and inefficient. The use
of power, particularly coercive power, requires a large expenditure of resources
to obtain modest and limited amounts of influence over others. It is therefore
important that under some circumstances people are also influenced by others
because they believe that the decisions made and rules enacted by others are in
some way right or proper and ought to be followed (Zelditch 2001). In other words,...." lees verder?
open de doi link met sci-hub.se
https://www.annualreviews.org/doi/abs/1 ... 904.190038
" Legitimacy
Throughout the history of social thought, it has been recognized that people can
exercise influence over others by possessing power. Power is the ability to shape
the gains and losses of others either by threatening or using coercion to deter
undesired behavior or by promising rewards to promote desired behavior. A core
aspect of social dynamics, therefore, is that power provides a means to shape
behavior with the consequence that, as an early social theorist noted, “The strong
do what they will, the weak endure what they must” (Thucydides 1982, p. 351),
or as a recent political leader, Mao Tse-Tung, opined, “Political power grows out
of the barrel of a gun.” The argument that behavior in social settings is linked to
the ability to reward and punish is not only central to psychological theories, but
is also influential in political science, sociology, and economics as well as in law,
public policy, and management.
While accepting the realities of power in social life, early social theorists—
including Aristotle and Plato—also recognized that seeking to gain influence over
others based solely on the possession of power is costly and inefficient. The use
of power, particularly coercive power, requires a large expenditure of resources
to obtain modest and limited amounts of influence over others. It is therefore
important that under some circumstances people are also influenced by others
because they believe that the decisions made and rules enacted by others are in
some way right or proper and ought to be followed (Zelditch 2001). In other words,...." lees verder?
open de doi link met sci-hub.se
https://www.annualreviews.org/doi/abs/1 ... 904.190038