Ik heb een sterk ontwikkelde interne criticus, en het is altijd al een bijna-dagelijkse worsteling geweest om daar mee om te gaan. Nu ik sinds kort mijn genderidentiteit aan het onderzoeken ben (voorlopige tussenstand: nonbinair genderfluid) heeft deze innerlijke tiran dus iets nieuws om op los te gaan, en dat gebeurt vol overtuiging.
Ik weet overigens wel waarom: het is voor mij een coping mechanisme om afwijzing van anderen voor te kunnen zijn. Door mezelf voor te bereiden op het ergste wat mensen kunnen zeggen, is de pijn minder scherp als het echt gebeurt. Het heeft dus een functie en op een bepaalde manier werkt het wel, maar het kost helaas ook bakken met energie.
Okay, genoeg introductie, hier komen een paar voorbeelden.
Trigger warning - misschien kun je beter niet verder lezen als je last hebt van (herinneringen aan) trans haters en/of genderdysforie...

Voorbeelden van mijn interne kritiek:
"Genderfluid zijn is hip tegenwoordig he! Je zoekt gewoon een nieuw clubje die je leuk vindt om bij te kunnen horen en je slechte zelfbeeld mee op te krikken."
"Wat een onzin dat je nu ineens wel last hebt van genderdysforie en vroeger niet. En waarom wordt die dysforie steeds erger naarmate je meer identificeert met een ander gender? Is dat niet een teken dat je het allemaal maar verzint? Is genderdysforie niet gewoon een handig etiketje voor je zodat je iets de schuld kan geven van je slechte zelfbeeld?"
Oke, vooruit, ik heb het aardig gefilterd, omdat het niet gaat om scheldwoorden of de manier van brengen, maar meer om de inhoud. Want die vind ik namelijk nogal geloofwaardig, en het kost me veel tijd en energie om die vragen/stellingen eerlijk te onderzoeken en het voor mij juiste antwoord te vinden.
Tot nu toe heb ik als antwoord hierop:
- Op 'hip willen zijn': Ik kan me niet voorstellen dat er iemand is die dit doet om hip te zijn of te willen opvallen/aandacht trekken. Misschien bestaan ze wel maar ik in ieder geval niet. Ik heb een hekel aan opvallen. Ik wilde vooral altijd normaal zijn. Gewoon doorgaan als cis-vrouw en daar tevreden mee kunnen zijn zou een heeeel stuk makkelijker en veiliger zijn.
- Op 'genderdysforie als handig etiketje': Vroeger herkende ik genderdysforie bij mezelf niet als zodanig, maar had ik wel symptomen. Ik was bijvoorbeeld bijna nooit blij of tevreden als ik in de spiegel keek, ik was vroeger ook vaak al een kwartier bezig om de minst vervelende outfit te vinden waar ik nog enigszins mee naar buiten durfde, en ik probeerde vaak mijn best te doen om er leuk genoeg uit te zien (lees: make up en vrouwelijke kleding) want ook al voelde ik me niet goed over mezelf, dan zouden anderen me tenminste niet stom vinden en afwijzen.
En ja, ik heb een slecht zelfbeeld en diepgewortelde sociale angst als gevolg van complexe ptss, maar dat verklaart niet alles. Al heeft dat lang als de meest logische verklaring gefungeerd en daardoor hoefde ik verder geen vragen te stellen: 'anders' was ik toch al. Ondanks dat die labels op dit moment nog steeds kloppen (ik werk hard aan herstel), heb ik veel aan het herkennen van genderdysforie: soms verlichten mijn klachten zo plotseling en dramatisch... Van niet de straat op kunnen omdat ik me zo klote voel - naar blij en trots en met geheven hoofd naar buiten kunnen stappen - in de tijd dat het kost om een andere outfit aan te trekken! Voor iemand die al twintig jaar gewend is aan dagen met straatvrees is dat nogal... eh... mindblowing.
Herkennen jullie dit enigszins? De interne kritiek zelf, of meer inhoudelijk, wat mijn interne criticus zegt? Hoe gaan jullie er mee om?